04 NOV (klik op een pijltje om naar een andere datum te bladeren)
De deelnemers op niveau 1 hebben de test van 04-11-2025 zo ingevuld:
(Shirley is van plan om docente te worden.) Shirley ........ be a teacher.
'm going to 'll going to is going to are going to
Om te zeggen dat iemand iets in de toekomst van plan is, gebruik je am/is/are (of de verkorte vorm) + going to + werkwoord.
Zie ook de pagina toekomende tijd.
(De rapper woont in een enorm huis.) The rapper lives in an ........ house.
enormously enourmously enourmous enormous
Een bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord (een woord waar je vaak "de/het/een" voor kunt zetten). In dit geval zegt 'enormous' iets over 'house'.
Zie ook de pagina silent - silently.
Het woord 'bull' (stier) rijmt op:
fall skull wool dull
Hoewel bull en wool qua spelling niet op elkaar lijken, spreek je beide woorden toch ongeveer zo uit als de Nederlandse 'oe' van moeder. (Al moet wel gezegd worden dat de 'oo' in wool iets langgerekter uitgesproken wordt dan de 'u' van bull.) 'dull' en 'skull' lijken qua uitspraak meer op het Nederlandse 'dal'.
Zie ook de pagina heard, beard, heart.
(Wat is de juiste woordvolgorde?) Why ........ ?
home so late did you come did you come home so late did you come so late home so late did you come home
Als er meerdere bijwoorden in een zin staan, dan komen de bijwoorden van plaats altijd voor de bijwoorden van tijd.
Zie ook de pagina woordvolgorde.