Je gebruikt de verleden tijd om aan te geven dat iets in het verleden is gebeurd en nu is afgelopen. Vaak staat er dan een tijdsbepaling in de zin die aangeeft dat iets is afgelopen, zoals "yesterday, a week ago, last month" etc.
Zie ook de pagina verleden tijd.

'Borrow' is 'te leen vragen', 'lend' is 'uitlenen'.

De spreker vraagt iets te leen, maar in deze zin is 'you' degene bij wie het werkwoord hoort.
Er staat: 'kun je aan mij wat kleren uitlenen voor het feest?'

De spreker vraagt niet: "zou ik mogen lenen?".
De spreker vraagt: "zou je kunnen uitlenen?".

Daarom is 'lend' het juiste antwoord.
Zie ook de pagina lend, borrow.

Aan het werkwoord (was) kun je zien dat het onderwerp enkelvoud moet zijn.
Prognoses is het meervoud van prognosis. Er had dus prognosis moeten staan.
(De prognose was voorspelbaar somber.)
Zie ook de pagina sheep, women.

inequity = oneerlijkheid, ongelijkheid, onrechtvaardigheid
Overigens is 'iniquity' (met 2 i's) bijna hetzelfde, vaak iets ernstiger: grove ongerechtigheid, goddeloosheid.

oneffenheid = unevenness, irregularity
onhandigheid = clumsiness
beslotenheid = privacy
Zie ook de pagina Links.